Rockcolumn: The La’s – Het Verborgen Juweeltje

 

The La's

De columns zijn verhalen over ‘de mens achter de ‘popster’

Tekst: Tom Wouters

The La’s – Het Verborgen Juweeltje

Ze hadden ‘the next best thing from Liverpool since The Beatles’ kunnen zijn.

The La’s was een popband uit Liverpool die voornamelijk actief was van 1983 tot en met 1992 met een sound die vaag deed denken aan de Merseybeatsound van de late zestiger jaren en de vroege Beatles.

Het brein van de La’s was zanger, songschrijver en gitarist Lee Mavers. Hij was verantwoordelijk voor de poppy twee tot drie minuten lange songs, zoals hun enige hitsingle There She Goes.

Maar Lee Mavers was ook het grootste probleem van The La’s, en omdat The La’s toch vooral Lee Mavers was, dus ook voor hemzelf. In 1987 tekende de band een platencontract met Go! Discs en begon ze met de opnamen van een debuutalbum. En daar ging het mis met The La’s. Tussen 1987 en 1990 waren er verschillende opnamesessies met verschillende producers en met tot overmaat van ramp ook nog steeds weer verschillende bandsamenstellingen. En iedere keer weer keurde de perfectionistische en nukkige Lee Mavers de opnamen van zijn songs af, meestal met het argument dat de producers zijn sound niet begrepen.

Dat de uitgebrachte singles Way Out, There She Goes en Timeless Melody commercieel geen potten konden breken, maakte de stemming van Mavers er niet beter op. Uiteindelijk kwam de band in december 1989 in een min of meer stabiele samenstelling bij elkaar in de Londense Eden Studio’s om nog maar weer eens zijn debuutalbum op te nemen onder de productionele leiding van sterproducer Steve Lillywhite van U2 en Simple Minds faam.

Het was de laatste kans voor de band, want Go! Discs had langzamerhand schoon genoeg van het nukkige gedrag van Lee Mavers. Onder leiding van Lillywhite nam de band dertien songs op die samen een geweldig poppy album opleverden. Het is Merseybeat in een modern jasje, pakkend en om vrolijk van te worden. There She Goes, in 1988 geflopt, werd in de Lillywhite-versie als single heruitgebracht en bereikte de 13e plaats in the UK Top Ten. Direct daarna verscheen het titelloze debuutalbum van The La’s, hoewel Lee Mavers daar helemaal niet tevreden mee was en in een interview in New Musical Express doodleuk verklaarde dat de sound van de plaat “all fucked up like a snake with a broken back” was.

Toch werd het album door de muziekcritici de hemel in geprezen en vooral in het Verenigd Koninkrijk goed verkocht. De simpele, melodische en semi-akoestische arrangementen van de songs, gezongen met die typische Liverpudlian tongval maken van The La’s een album dat jaren later nog gezien wordt als een hoogtepunt van de Britpop van de jaren negentig.

Voor Lee Mavers echter was het allemaal niet goed genoeg. The La’s zou het enige album blijven dat het nukkige genie uitbracht.